"Op de K2 is een record belangrijker dan een leven"

Trouw

13 augustus 2023

Het liefst was ik alpinist, maar ik kwam nooit hoger dan de oorsprong van de Rijn. Ik trok erheen in de zomer van 2021, mijn relatie was net op de klippen gelopen en ik had nog geen vakantieplannen. De Alpen trokken me, riepen me, zoals de maan aan het water trekt – net als de zee was ik weerloos.

Ik herinner me de eerste happen ijle lucht, hoe de wolken over een bergkam scheerden en werden uitgesmeerd tot een bijna doorzichtige druppeldeken, de rust die over me viel toen ik het ijsblauwe water van Lai da Tuma in de schoot van twee bergtoppen zag liggen. Al mijn gedachten verstilden.

Mijn ervaring had niets te maken met alpinisme. Er waren geen touwen; ik droeg stadse bergschoenen met versleten profiel; had nergens blaren; dronk uit een Dopper en at mueslirepen. Maar mijn gevoel was misschien, in de verste verte, een beetje vergelijkbaar met dat van professionele klimmers: dat we allemaal onderdeel zijn van een groter geheel, zoals ik in boeken en films weleens had gelezen of gezien. Het overview-effect dat sommige ruimtevaarders beschrijven als ze door het raampje van het International Space Station naar de Aarde kijken. Afstand leidt tot nabijheid.

Maar verder had mijn dagtocht dus niets van doen met alpinisme. Het was hoogstens een dromerig ideaal ontdaan van elk onheil, een begin van een verslaving waar klimmers als Kristin Harila aan ten prooi vallen. De Noorse alpiniste beklom met haar gids Tenjin Sherpa de veertien hoogste bergen in drie maanden en een dag – nooit eerder was iemand sneller. Eind juli voltooiden ze hun record op de K2, een berg die eruitziet zoals een kind een berg zou tekenen. Dat maakt een beklimming overigens niet makkelijker; een kwart keert niet levend terug.

Een paar honderd meter onder de top passeerden Harila en haar team een Pakistaanse gids die van een klif was gevallen. Op videobeelden, die al dagen viraal gaan, stappen tientallen klimmers over de zwaargewonde man heen. Was hun record belangrijker dan een mensenleven?

Alpinisme is een ongeëvenaarde, akelige sport waar dood en leven slechts een touwlengte speelruimte hebben. Bergen waren ooit onbereikbare oorden, bedevaartsoorden voor onverschrokken zielen. Maar de afgelopen decennia werden de bergen gekoloniseerd door westerse bucketlistbeklimmers. De hoogste bergen werden toeristische attracties, Disneyland ver boven zeeniveau.

Tegen forse betaling klimmen sherpa’s vooruit, fixeren touwen, koken, zetten tenten op, dragen andermans spullen. Amateurklimmers schuifelen in de voetsporen van hun voorganger langs een afgrond, soms zonder kennis of kunde. De romantiek werd op sommige bergen verdreven door commercie, door records. De romantiek is waarom ik alpinist had willen zijn.

Nou weet ik weinig van bergbeklimmen, maar wat ik wel weet is dat onmenselijke omstandigheden kunnen leiden tot onmenselijk gedrag, zoals onkunde soms leidt tot passiviteit. Op hoogte gelden andere wetten en regels dan op zeeniveau. Iedereen is verantwoordelijk voor zichzelf, behalve de armlastige gidsen, die zijn ook verantwoordelijk voor hun westerse klanten. Op een berg is niet iedereen gelijk. Er is één regel die zowel in Disney als op de K2 opgaat: klant is koning.